- Verschillende adviezen van de profeet (vrede zij met hem) aan zijn metgezellen zijn gebaseerd op zijn kennis van hun omstandigheden en wat bij elk van hen past. Bij de sterke persoon past jihad, bij de aanbidder past toewijding, bij de geleerde past kennis en zo verder.
- Ibn Hajar al-Asqalani zei over het vasten van drie dagen per maand dat het verwijst naar de witte dagen: de dertiende, veertiende en vijftiende dag van de Islamitische maand.
- Ibn Hajar al-Asqalani merkte op dat het aanbevolen is om het witr-gebed vóór het slapengaan te verrichten, vooral voor degenen die twijfelen aan het ontwaken.
- Deze drie handelingen zijn van groot belang vanwege de aanbeveling van de profeet (vrede zij met hem) aan verschillende metgezellen om ze te verrichten.
- Ibn Daqiq al-'Eid zei over "de twee rak'aat van doeha" dat het de minimale hoeveelheid is waarvoor de bevestiging van handelen geldt, wat aangeeft dat het aanbevolen is om het doeha-gebed te verrichten, met minstens twee rak'aat.
- De tijd voor het doeha-gebed begint ongeveer een kwartier na zonsopgang en duurt tot ongeveer tien minuten vóór het middaggebed, met minstens twee rak'aat. Er is verschil van mening over het maximale aantal rak'aat, waarbij sommigen zeggen acht en anderen geen limiet stellen.
- De tijd voor het witr-gebed loopt van na het 'Isha-gebed tot de dageraad, met minstens één rak'ah en maximaal elf rak'aat.